Één week zonder camper en nog even genieten van Marokko’s mooiste golven: Aghroud, Tamri, Tafedna (Deel III)

Gepubliceerd op 5 april 2023 om 20:23

Onze laatste twee weken aan de kust van Marokko zijn aangebroken. Zelfs wij, mensen van het vrije leven en zonder planning, hebben maar een gelimiteerde tijd om in Marokko te zijn. We hebben een visum waarmee we in totaal drie maanden in het land mogen blijven. De laatste twee weken willen we gebruiken om via het binnenland terug naar Ceuta te rijden, dus een simpele rekensom is gauw gemaakt: nog twee weken aan de kust! In deze twee weken hadden we één iets belangrijks op de planning. We gingen namelijk de camper opnieuw laten spuiten in Agadir. Tijdens deze week verbleven we in een appartementje in Aghroud, wat een erg bijzondere ervaring was, kunnen we wel zeggen. Daarna reden we met ons prachtige campertje via Tamri naar Tafedna, waar we de laatste paar dagen vulden met heel veel surfen.


Om met deze blog te beginnen moeten we even een stukje terug in de tijd, namelijk naar de zoektocht naar onze droomcamper. Want toen we ons ‘Craftertje’ hadden vonden was er één groot nadeel (naast dat we er na het kopen van de camper erachter kwamen dat de krakkemikkige inbouw het voor geen maand zou overleven in het heuvelachtige Marokko, maar dat konden we gelukkig zelf oplossen), er zaten namelijk allemaal roestvlekjes op de carrosserie. Deze plekjes waren er waarschijnlijk op gekomen toen de bus gebruikt is als dienstauto voor de gemeente. Het probleem was dat deze gekke vlekjes zich als een soort waterpokken vermenigvuldigden, dus daar moesten we iets aan doen. We vroegen een autospuitbedrijf in Hoek van Holland, maar die wilde het niet eens over de prijs hebben omdat het meer waard was dan de camper zelf en adviseerde ons het in Marokko te doen of zelf een poging te wagen.

Flash forward naar een paar maanden later in Essaouira. De roestvlekjes waren een stuk erger geworden en tussen de surfsessies door hadden we meer dan genoeg tijd, dus het moment was daar om er iets aan te doen. We kochten voor vijfentwintig euro alles wat de verkoper van een klein winkeltje in een achterwijk in Essaouira dacht dat we nodig hadden (hij bleek later gelijk te hebben) en waagden in Tafedna een poging om de roestplekjes te verhelpen. Lang verhaal kort, het was een ‘takkewerk’ en het resultaat was verschrikkelijk. Gelukkig liep er terwijl we bezig waren een Tsjech langs, mijn reddende engel. Hij vertelde dat hij iemand kende die zijn bus opnieuw had laten spuiten in Agadir. Met het contact van dit bedrijf waren we gerustgesteld en konden we het probleem weer een paar weken uitstellen. 

Totdat we een paar weken later richting Agadir gingen omdat Nynke hier naartoe zou vliegen.. Voordat we ‘Desert Point’ achter ons lieten en de richting van Agadir uit gingen, reden we nog even langs bij onze Marokkaanse vriend Ahmed. We vertelden hem wat we van plan vragen en vroegen hem of hij wist wat het ongeveer zou moeten kosten. Wat zo prachtig is hier, is dat de Marokkanen altijd, maar dan ook echt altijd zonder uitzonderingen, wel een vriend hebben die je kan helpen. Zo kende Ahmed ook wel iemand waar we even langs konden gaan om aan te horen hoeveel het zou kosten. En zo reden we die middag een buitenwijk in Agadir in naar Hasan, terwijl via de telefoon de aanwijzingen en live-locatie volgden om hem te vinden. Hasan sprak alleen Frans en Duits en dat was redelijk onpraktisch, maar hij had meteen door wat er moest gebeuren. Met deze info op zak gingen we verder. Nynke kwam die week erna, dus we hoefden niet meteen een beslissing te maken. Dat pakte goed uit, want vervolgens konden we, na een paar dagen wachten, nog wat van de prijs af halen. Wel via WhatsApp, want we konden werkelijk geen enkel woord communiceren met Hasan.

Één week later was het zover. Na Nynke afgezet te hebben bij het vliegveld begonnen onze mentale en praktische voorbereidingen op het achterlaten van ons huisje in Agadir. Het hostel wat ik online gevonden had, bleek een half uur lopen vanaf het strand en bevond zich in een achterwijk waar verder niet veel leven was. Dat was op zich niet erg, maar toen we vervolgens voor het hostel stonden en het eruit zag of het al een tijdje dicht was, kregen we toch onze bedenkingen. We stuurden Ahmed snel een bericht en je raad het al, natuurlijk kende hij iemand met een appartementje dat we konden huren. 

De ochtend daarna was het zo ver, we moesten de camper naar Agadir brengen. Eerst gooiden we onze spullen af bij ons appartementje in Aghroud, lees volksverhuizing, want alle surfspullen, keukengerei en nog veel meer moest mee. Daarna reden we langs Tamraght om drie keer te pinnen zodat we voldoende cash hadden en vervolgens gooiden we ons afval weg en leegden we de porta potti in Agadir. Drie kwartier later dan afgesproken (oeps) kwamen we aan bij Hassan, die met zijn twee collega’s in alle rust een theetje zat te drinken. We dronken een theetje met hem, doorliepen alles nogmaals met veel wijzen en een beetje Google Translate en moesten toen toch echt ons schatje achterlaten. We reisden terug naar Aghroud met de bus, waar we ruim anderhalf uur over deden, maar we genoten er eigenlijk wel van. Het reizen met het openbaar vervoer herinnerde ons aan het backpacken en we moeten eerlijk zeggen dat we de hectiek van het reizen met de bus toch wel een beetje gemist hadden. 

Een week wonen in Aghroud

En toen waren we in Aghroud, ons ‘thuis’ voor één week. Na bijna vier maanden in de camper gewoond te hebben hadden we ineens weer een huis van muren met kamers zo groot dat je binnen je yoga-mat kan neerleggen en kan dansen door de kamer. Dat waren dan ook meteen de enige twee voordelen. Want in eerst instantie vonden we maar niks, het was zelfs een beetje onwennig om ineens weer in een huis te wonen. Totdat ik op de bank neerplofte. Ik houd echt van het wonen in de bus, maar WOW, ik wist niet dat ik een bank zo zou missen. Ook het stromend water uit de kraan, in plaats van een watertank met maximaal dertig liter, is een luxe voor ons en ook al moeten we douchen op z’n Marrokaans (water verwarmen en dan met kleine emmertjes over je heen gooien), is dat heerlijk omdat je niet steeds na hoeft te denken over hoeveel water er nog is.

Echter, we misten we de vrijheid van de camper behoorlijk. Al helemaal omdat we ons in het kleine dorpje Aghroud een bezienswaardigheid voelden. Er verblijven niet veel toeristen en het leven is nog erg traditioneel, dus we konden niet over straat zonder door iedereen aangestaard worden alsof we van een andere planeet kwamen (ik overdrijf helaas niet). Het was bijzonder om ons zo tussen de lokale mensen te begeven. We merkten dat we, wanneer we in de camper reizen, toch meer afstand hebben tot de lokale mensen en cultuur. Natuurlijk spreken we met de eigenaar van het winkeltje waar we boodschappen doen, met surfers in het water en met mensen die komen buurten bij de camper, maar het is anders wanneer je echt ín een gemeenschap woont. Niet per se in positieve zin, want de verschillen tussen mannen en vrouwen werden nu heel duidelijk. Iets waarvan ik wist dat het hier onderdeel van de cultuur is, maar waarvan ik een beetje afstand had kunnen doen omdat we het vanuit de camper toch niet erg mee kregen. In dit dorpje werden we met de neus op de feiten gedrukt. We proberen er niet te veel over na te denken, maar toch knaagde het aan me en voelde ik dat ik me heel erg aanpaste. Natuurlijk door, zoals altijd, lange kleding te dragen, maar toen ik merkte dat ik bijvoorbeeld standaard omlaag kijk, mensen niet meer durf te begroeten en Nijs altijd het woord laat doen, schrok ik hier wel van. Waar ik normaal altijd open en enthousiast ben, durfde ik hier niet meer contact te maken dan een kleine glimlach. Marokko is een geweldig land en het liefst had ik alleen maar verteld dat het allemaal wel mee valt om hier als Europese vrouw te zijn, maar helaas is dat dus niet altijd zo. Máár goed, we hadden ook in een hostel kunnen gaan zitten tussen de Europese backpackers. Had ik daar blij van geworden, dat al helemaal niet.


De dagen in Aghroud leken soms wel jaren te duren, maar op z’n tijd ook weer voorbij te vliegen. We hadden werkelijk niets te doen. We zaten een week lang op dezelfde plek, hadden geen vervoer en konden het water niet in om te surfen omdat ik niet mocht vanwege infectiegevaar voor het litteken en Nijs door z’n rug was gegaan. Het duurde even voordat we onze draai hadden gevonden, maar toen dat eenmaal gelukt was, was het heerlijk. In Nederland zou ik al gek worden van het idee dat er werkelijk niets op mijn planning staat, hier stond ik elke ochtend weer op met frisse energie en benieuwd wat de dag vandaag weer zou brengen. Oké, af en toe verveelden we ons wel een klein beetje, maar dat is af en toe ook best wel eens lekker. En in mijn geval, als je bijna nergens over na hoeft te denken, poppen de creatieve ideetjes in mijn hoofd allemaal op. Daar had ik het dus heel druk mee, terwijl Nijs lekker gitaar speelde, heerlijk eten kookte en de krant las. Een andere heerlijke bezigheid was een duik nemen in zee. Wat een activiteit op zich was, want voor het dorpje in m’n bikini zwemmen was ‘not done’, dus we wandelden een stuk en namen dan een duik. Ook voor de boodschappen maakte we een wandeling naar het dorpje naast Aghroud. We wandelden over het strand er naartoe en namen een taxi terug.

Elke avond aten we op ons balkonnetje en keken we naar de zonsondergang. Er was genoeg ‘entertainment’ in het dorp. Het was namelijk zondags een feestdag en de week daarna was het vakantie voor de scholen. Laat nu precies de enige speeltuin in de omgeving recht voor ons huis liggen. De hele dag en avond was het hartstikke druk in het dorp, omdat iedereen van heine en verre terugkwam om de tiende dag voor Ramadan met elkaar te vieren. Een gezellige sfeer hing in het dorp en wij kregen hier een vleugje van mee. 

Ondertussen kregen we via de telefoon steeds updates van Hasan over hoe het ervoor stond met de camper. En dat waren niet zomaar updates, maar minutenlange filmpjes over hoe ze bezig waren. In eerste instantie waren we verbaasd, maar toen waren we er eigenlijk wel blij mee, want het was toch wel heel leuk om de metamorfose van de camper te zien.

Op de vierde dag reisden we naar Agadir om te kijken hoe het ervoor stond. We waren de hele dag onderweg en het openbaar vervoer was een drama. Als je anderhalf uur op een bus moet wachten en vervolgens je pinpas opgegeten wordt door het pinautomaat en deze er niet uit te krijgen is, dan mag je wel even klagen toch. Gelukkig maakte een ijsje van N’ice Rolls én het bericht van die avond dat de camper overmorgen al klaar was heel veel goed.

Één dag eerder dan verwacht konden we de bus ophalen. We bereidden ons alweer voor op een lange rit met het openbaar vervoer naar Agadir, maar kregen een lift aangeboden die ons in Agadir afzette en voor we het wisten stonden we in de straat waar we onze camper zagen staan ‘shinen’. Niet alleen de roest was behandeld, ook de deuken waren eruit gehaald, achterdeuren recht gezet, wielkappen en onderkant opnieuw zwart gespoten en de lampen zo goed opgepoetst dat we erachter kwamen dat er een VW-logo in stond. Het resultaat was het missen van de camper dus helemaal waard. We dronken een laatste theetje met Hasan, bedankten hem uitvoerig en reden met een brede glimlach op ons gezicht weg. 

Na een korte stop in Aghroud om de spullen te halen, reden we naar ons favoriete plekje bij ‘Desert Point’. Waar we, na de kleine verrassing van zes Thaise jongens die op vakantie waren en precies naast onze camper besloten te kamperen, weer heerlijk sliepen in ons huisje. 

De dag daarna verlieten we Taghazout en zetten we koers naar het noorden. Na een lunchpauze bij ‘Boilers’, waar net zoals op de heenweg gigantische golven waren, reden we naar de duinen van Timlalin. We hadden deze plek als tip gekregen van een jongen in Aghroud en zijn altijd benieuwd naar plekken waar de locals zelf naartoe gaan, dus besloten deze plek te bezoeken voordat we naar Imsouane zouden gaan. 

De duinen van Timlalin

De duinen van Timlalin waren indrukwekkend mooi. De hoge duinen, die doen denken aan de Sahara, lagen recht aan zee. We bleven er de hele middag om de plek te verkennen, maar eigenlijk vooral lekker uit de wind in de zon te zitten. 

Helaas konden we niet overnachten bij Timlalin, omdat er blijkbaar een bijzondere vogel nest, dus we reden een stukje terug en overnachtten bij Tamri. De ochtend daarna gingen we meteen weer terug naar Timlalin, want we hadden een leuke activiteit op de planning staan: Sandboarden. In eerste instantie wilde we een speciaal board huren, maar de jongen van de verhuur vroeg zo’n belachelijke prijs dat we besloten om het zelf maar met mijn surfboard uit te proberen. Een andere jongen die als chauffeur voor een tour werkte zei dat het ons wel moest lukken, dus we gingen ervoor. Nou we kunnen je vertellen, het ging dus niet. Doordat het board ver weg zakt in het zand glijdt het niet bepaald hard naar beneden, zelfs bij de steilste helling lukte het niet. Maar we hebben wel ontzettend hard gelachen. 

Een korte stop in Imsouane

Tijd om verder te gaan naar Imsouane. Als je ‘Marokko’, ’surfen’ en ‘camper’ intypt op Google, dan zal vrijwel elke site je leiden naar Imsouane. Dit voormalig schattige vissersdorpje heeft een prachtige ligging en een mooie beschutte surfspot en is dus een populaire plek voor surfers. We dachten dus dat het wel wat voor ons zou zijn, maar toen we er eenmaal waren, waren we verre van enthousiast. We parkeerden de camper middenin het dorp, weg van de zee en omringd met asfalt en andere campers. Imsouane zelf was hartstikke toeristisch. Niveautje ‘smoothiebowl’ en ‘healthy food’ in plaats van de normale lokale ‘tajine’. Het dorpje heeft zijn charme een beetje verloren door de snelle opkomst van het toerisme en voelde nu als een plek waar het meer ‘zien en gezien worden’ is, dan een relaxte plek waar de locals en surfers samengaan. Máár niet alles viel tegen aan Imsouane, want de kapper deed geweldig werk en knipte Nijs z’n blonde lokken weer in model. 

Het voelt soms gek om een plek niet leuk te vinden die heel veel andere mensen helemaal geweldig vinden, maar als je gevoel ergens niet klopt, dan is het tijd om verder te gaan. We kozen een ‘P4N-plek’ uit op een half uurtje van Imsouane. De plek bleek niet veel meer te zijn dan een strand met een aantal vissershutten gelegen aan een waanzinnig mooi klif. We ontmoetten een ontzettend gastvrije man en dronken daarna thee met zijn familie. Na zonsondergang bleven wij alleen over bovenop het klif. Kippenvel.

De dag erna werden we al om 07:00 wakker. Ik weet het, dat is een normale tijd wanneer je een normale baan hebt, maar wij hebben een heerlijk gepensioneerd ritme waarbij we altijd tussen 08:00 en 09:00 wakker worden. Er klopt iets niet, ik voelde het gewoon, maar ik kon de vinger niet op de zere plek leggen. Toen we de dag erna weer zo vroeg wakker werden viel het kwartje, de klok was een uur terug gezet vanwege de Ramadan die volgende week start. Een prachtig besefmomentje dat het voor ons zo weinig uitmaakt hoe laat het is, maar dat we leven met het opkomen en ondergaan van de zon.

Na de prachtige plek aan het klif reden we verder richting Sidi Kaouki, want het idee was om daar naartoe te gaan en nog een paar daagjes te surfen. Eerst maakten we een tussenstop bij een ‘garage-straat’, want de dag ervoor hadden we bij het afdalen een verschrikkelijke stank in de auto hangen. We dachten eerst dat de geur kwam van het afval dat verderop verbrand werd, maar toen we de motorkap open deden en er rook uit kwam en we op internet iets laten over remschijven die gaan stinken, begonnen we toch te twijfelen. Geen man overboord natuurlijk, want hier in Marokko weten ze wel raad met toeristen die geen idee hebben wat er aan hun auto mankeert. We bleken niet genoeg motorolie te hebben, dus dat was gelukkig snel opgelost. Daarna reden we verder en kwamen we langs de afslag naar Tafedna. Het voelde, ondanks dat we de week na het ongeluk nog langs waren gereden, toch nog alsof er iets niet helemaal afgesloten was. We besloten dus het dorpje in te rijden en even te gaan kijken, met het idee om daarna naar Sidi Kaouki te gaan omdat we nodig naar de camping moesten om te legen en vullen. 

Nog even genieten in Tafedna

We parkeerden de auto aan de boulevard en voelden ons meteen weer thuis in dit heerlijke vissersdorpje. Toen we boodschappen gingen doen en door de verkoper, vissers en lokale surfers herkend en enthousiast begroet werden, wisten we het zeker, hier willen we de komende dagen niet meer weg. 

We bleven in totaal vier dagen in Tafedna. Twee keer per dag gingen we het water in (ik heb er nog spierpijn van), want de omstandigheden waren perfect om te surfen. We maakten ontzettend veel progressie en waren allebei super blij. Tussen de surfsessies door deden we vooral héél weinig, want het was ontzettend warm deze dagen en op het heetst van de dag kon je maar beter of in zee liggen, of in de schaduw van de camper zitten. 

De vorige keer konden we parkeren op een braakliggend terrein grenzend aan het strand, maar helaas was de toegangsweg naar dit terrein nu geblokkeerd vanwege de regenval en de kans dat de lagoon ernaast daardoor zou overstromen. Oké, laten we eerlijk zijn, en misschien omdat het een beetje uit de hand liep omdat groepen campers er bivakkeerden en elke avond takken uit de natuur haalden voor kampvuur, maar dat terzijde. We stonden nu dus aan de boulevard en dat was uiteindelijk ook wel heel erg leuk, want achter ons lag een geasfalteerde weg. Ik hoor je denken, in Imsouane vond je dat toch maar niks. Dit keer dus wel, want de nieuw-aangelegde geasfalteerde weg werd amper gebruikt en was dus een perfect skatepark. Ik heb denk ik meer geskate dan stappen gezet en van een lokale jongen, die we Nijs zijn surfskate steeds uitleende, leerde ik allemaal nieuwe ‘tricks’.

Na vier dagen was het helaas zover, we moesten wel verder reizen, anders zouden we niet genoeg tijd hebben om het binnenland te verkennen. We hadden het zo naar ons zin, dat we bijna begonnen te twijfelen om naar het binnenland te gaan. Tafedna is gewoon zo’n heerlijke plek. Naast dat de surfspot geweldig is, is het gaaf om het Marokkaanse vissersleven van dichtbij mee te maken dn de locals zijn zo ontzettend vriendelijk dat ze na een paar dagen als vrienden aanvoelen. We voelen ons er écht thuis en ik kan niet wachten om terug te gaan.

Maar… een nieuw avontuur in het binnenland wacht op ons, dus we gingen toch echt. We reden ’s middags langs de camping in Sidi Kaouki om eindelijk te legen en te vullen en te douchen, al viel de druk halverwege de douchebeurt weg en moest ik mijn haar buiten bij een kraantje uitspoelen, maar schoon voelde ik me wel. ’s Avonds parkeerden we op het plekje aan het strand waar ons surf-avontuur in Marokko begon en genoten van de laatste zonsondergang in zee voor de komende weken. Laat onze geweldige rit door Marokko maar beginnen!

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.