Een blog met een mijlpaal deze keer. We zijn namelijk op het meest zuidelijke punt van onze reis en precies honderd dagen onderweg. De mijlpaal was overigens niet het hoogtepunt van de afgelopen weken. Dat waren, naast de heerlijke tajine’s die Nijs elke avond kookt, natuurlijk de mooiste plekjes waar we ons campertje weer mochten parkeren. We tourden langs de prachtige kust ten zuiden van Agadir én we kregen bezoek uit Nederland. Nynke kwam ons een weekje opzoeken en samen met haar bezochten we Tafraout en gingen we naar ons lievelingsplekje bij ‘Desert Point‘.
We beginnen deze blog op de camping vlakbijTifnit. Eens in de twee á drie weken moeten we namelijk naar de camping. Dat stellen we het liefst zo lang mogelijk uit, want we staan liever op mooie plekjes in de natuur dan op een betaalde plek tussen de andere (veelal gepensioneerde) Franse camperaars. Maar goed, soms moeten we eraan geloven. De porta potti moet namelijk soms toch echt geleegd worden en de watertank weer vullen is ook geen overbodige luxe. Eens in de maand is het al helemaal feest, dan wassen we ook onze grote kleding en lakens (we doen ook handwasjes tussendoor hoor, geen zorgen). De was doen stond dus op de planning in Tifnit en is altijd een prachtige strijd, want we zijn niet de enige kapers op de kust. De wekker ging dus vroeg vroeg, want om negen uur ging het washok open en we moesten de strijd aan met de Franse pensionado’s om een wasmachine te bemachtigen. Gelukkig viel alles mee, want er waren maar liefst drie wasmachines. Nadat de was gedroogd was, gingen we er zo snel mogelijk vandoor. Terug naar de kust!
Over precies een week zou Nynke arriveren in Marokko. We moesten dus een klein plannetje maken voor de komende dagen, om te zorgen dat we op tijd terug in Agadir zouden zijn. Taghazout hadden we nu wel gezien en de golven waren te groot bij ‘Desert Point’, dus we besloten de stoute schoenen aan te trekken en lekker te gaan touren langs de kust ten zuiden van Agadir. We kunnen wel zeggen dat we in deze week een nieuw soort ritme kregen dat relaxter was dan ooit en ons eigenlijk wel beviel. ’s Ochtends werden we rustig wakker en daarna volgde een vrije invulling van de ochtend. Na de lunch reden we verder naar een volgende plek waar we dan surften/wandelden/zwommen/nog meer niks deden. Dat op ‘repeat’ en zo zag onze week eruit. Niet verkeerd, al zeg ik het zelf.
Zuidkust trip: Sidi R’bat
Onze eerste bestemming was Sidi R’bat. We hadden een ‘drukke’ dag op de camping achter de rug, dus we besloten om lekker even niets te doen bij de camper. Echter, aan gitaar spelen of een blog schrijven kwamen we niet toe, want iedereen kwam even buurten. De gitaar van Nijs heeft een aantrekkingskracht op nieuwsgierige locals. Een lokale gids, die als nomaad was opgegroeid in de Sahara, kwam gezellig bij ons zitten en vertelde ons meer over Marokkaanse muziek, waarna de drivers van de toeristenbus waar ze mee op pad waren er ook gezellig bij kwamen en de borrelnootjes en dadels meenamen. Daarna kwam een lieve lokale jongen langs die ons schelpen gaf die hij had gevonden, waarna ik hem wat schelpjes gaf die ik in Spanje had gevonden en hij de gelukkigste jongen van heel Sidi R’bat was. Tenslotte kwam nog een local langs, met een hele leuke puppy, die ons uitnodigde om in zijn ‘grot’ tajine te eten. In zijn ‘grot’ ja, je leest het goed. Wij waren ook erg verbaasd, maar een ‘grot’ is hier aan de kust dus een heus fenomeen. Waar wij in Nederland peperdure strandhuisjes hebben, hebben de mensen hier al generaties lang een huisje, in het Frans een ‘grotte’, uitgehouwen uit het klif, waar ze naartoe gaan om te vissen en te relaxen.
De volgende dag maakten we een wandeling langs het strand en tot in de verte waren deze leuke grothuisjes te zien, de een nog mooier versierd dan de ander met alles wat maar te vinden was op het strand.
Zuidkust trip: Mirleft
Helaas was er in Sidi R’bat geen goede surfspot en we wilden graag nog even surfen voordat de grote swell zou arriveren. In Mirleft waren meer surfspots, hadden we gehoord, dus we reden een kleine twee uur verder naar het zuiden. De kust veranderde van lange zandstranden met rotsen naar kleine baaien tussen hoge kliffen. Na twee uur rijden kwamen we bij de baai waar we zouden kunnen surfen, maar helaas waren de omstandigheden ook niet goed. Gelukkig was het er zo mooi dat we het de twee uur in de auto wel waard vonden.
We reden daarna naar het centrum van Mirleft, waar we een plekje bij het strand vonden en genoten van de zonsondergang. Vlak na zonsondergang kwam de politie vertellen dat het ‘interdit’ was om aan het strand te overnachten. Wij balen, maar we besloten nog even te blijven om te kijken of de andere vier campers ook weg gingen. Iedereen bleef staan en een andere camperaar vertelde dat de politie iedere avond rond etenstijd komt om iedereen weg te sturen, maar daarna niet meer controleert. We waren nog niet eerder zo stoer geweest om te blijven staan nadat ons verteld was dat het niet mocht, maar bleven dit keer toch. Een goede keuze, want we hebben geen politie-agent gezien die avond.
De volgende ochtend vielen we met onze neus in de boter, of eigenlijk versproducten, want in het dorp was de ‘weekmarkt’. Op de weekmarkt komen alle Marokkanen die iets te verkopen hebben en doet het hele dorp boodschappen. Het liefst zou ik alles op de foto zetten, zodat ik het met jullie kan delen, maar uit respect voor de mensen houd ik mijn camera soms liever in de tas. Dat het er anders aan toe gaat dan hoe ik gewend ben, betekent voor mijn gevoel niet dat ik het maar op de foto mag zetten. Voor deze mensen is het namelijk hun dagelijkse kost. Het was maar goed ook dat ik mijn camera niet mee had, want ik had twee handen nodig voor alle boodschappen. Groenten, fruit, dadels, noten, eieren, peulvruchten, alles wat we nodig hadden vonden we op de markt. Verser wordt het niet en goedkoper al helemaal niet. Lang leve de Marokkaanse markt!
Zuidkust trip: Sidi Ifni
Met een goed gevulde koelbox (die normaal niet aan staat, tenzij we dus veel boodschappen doen) reden we nog een klein stukje verder naar het zuiden, naar het dorp Sidi Ifni. Of nouja, eigenlijk gingen we naar de haven van Sidi Ifni, want achter de haven zou een surfspot moeten zijn waar de golven zelfs bij een hoge swell klein zouden blijven. Via een onverharde weg door een gebied bezaaid met afval kwamen we op de surfspot. De golven leken vanaf de kant prima, maar bleken in het water veel te groot. Maar goed, niemand heeft een board tegen zijn hoofd gekregen en we konden veilig het water uit peddelen, dus eind goed al goed. De prachtige slaapplek op de precies honderste dag van onze reis was het helemaal waard.
Zuidkust trip: Kliffen van Legzira
De dag daarna was het tijd om noordwaarts te gaan. Ja, je leest het goed: We gaan noordwaarts! Sidi Ifni was het meest zuidelijke punt van deze reis en vanaf nu gaan we richting het noorden. Nog ruim twee maanden te gaan, maar het blijft toch leuk om die mijlpalen een beetje bij te houden.
De mooiste plekjes vinden we (bijna) altijd doordat we deze van andere camperaars horen. Zo ook deze keer, want volgens een Duitse dame konden de kliffen van Legzira niet aan ons ‘plekken-die-je-echt-moet-zien-in-Marokko’-lijstje ontbreken. De naam van de plek waren we allang vergeten en precieze locatie wisten we niet, maar met een beetje in- en uitzoomen op de online kaart en een ‘P4N-plek’ die ongeveer op die locatie was, hadden we er wel vertrouwen in. We reden die kant op en jawel, we vonden de prachtige plek. Zo leuk als de zoektocht naar een plekje zo goed uitpakt.
We maakten een strandwandeling, namen een duik en genoten van het heerlijke weer. De zonsondergang ’s avonds was zó mooi, dat ik (in mijn angst om het niet zo mooi op de foto te kunnen krijgen) even met opa en oma videobelde om het met ze te kunnen delen. Lang leven de mobiele telefoon én ‘Maroc Telecom’ voor 4G op het puntje van een klif.
De volgende ochtend was het eindelijk zover. Nijs moest er precies honderd en twee dagen op wachten, maar deze ochtend ging het dan eindelijk gebeuren… We gingen jeu de boulen! Helemaal vanuit Nederland hadden we de jeu de boules ballen meegenomen voor de dag dat we écht niks te doen hadden. Die dag was dus aangebroken. We hadden een semi-recht speelveld en hielden de scores nauwkeurig bij in het stof op de achterdeur. Onze fanatieke competitie trok de aandacht van een Marokkaanse man, die het spel al gauw in de vingers kreeg en vervolgens met ons mee speelde. Normaal worden wij altijd uitgenodigd bij de Marokkanen, maar nu waren de rollen omgedraaid en at de vriendelijke man met ons mee. We leerden weer wat bij over de Marokkaanse cultuur en hebben er een vriend in Dakhla bij.
Zuidkust trip: Een plekje aan het strand
Zo ook deze dag vertrokken we na de lunch weer naar de volgende bestemming. We hadden alleen nog geen idee waar naartoe. Na een uurtje rijden richting het noorden stopten we langs de weg en vonden we het wel mooi geweest met rijden voor die dag, dus volgden we een onverhard pad dat ons op een prachtige plek bracht in the-middle-of-nowhere.. Had je me op voorhand verteld dat we in ons eentje op zulke afgelegen plekken zouden staan, dan had ik je niet geloofd. Nu geniet ik extra van onze prachtige plekjes middenin de natuur. Ook een bijkomend voordeel, op een strand waar verder toch niemand is, kan ik gerust mijn bikini aan. De rest van de middag bestond, zoals je misschien al dacht, uit zwemmen, chillen en lekker eten koken.
De dag daarna reden we terug naar Tifnit. Nijs hoefde dit keer niet het hele stuk alleen te rijden, want ik kroop achter het stuur. De wegen waren zo rustig dat het wel aandurfden. Het lastigste was niet het uitwijken voor andere auto’s en brommers, maar het ontwijken van alle kuilen. Nijs kon helaas niet te veel aan de bijrijdersstoel wennen, want voordat we op de drukke hoofdweg kwamen werd er alweer gewisseld. Nu durf ik nog wel, want volgende week worden de deuken er toch uit gehaald door Hasan.
Zuidkust trip: Tifnit
We bezochten die middag het dorpje Tifnit en waren op slag verliefd op dit schattige vissersdorpje gebouwd op de rotsen. Het leven in het dorpje is een perfecte mix van het alledaagse vissersleven in Marokko en de opkomst van toerisme, maar dan nog niet écht, dus het is er nog heerlijk rustig en de locals zijn ontzettend vriendelijk. Ohja, én de puppy’s niet te vergeten. Daar vielen we natuurlijk als een blok voor.
Helaas kwamen twee vriendelijke militairen ons ’s middags al vertellen dat het niet is toegestaan om te overnachten bij Tifnit. Ontzettend jammer, want we hadden graag op dit prachtige plekje gebleven, maar misschien is het maar beter dat het dorpje niet overspoeld wordt met campers en haar authenticiteit behoudt.
We gingen dus naar de camping een stukje verderop en hadden twee opties. Op de camping ‘La Palmeraie’ hadden we al eerder gestaan en was een prachtige camping met zwembad en al. De andere camping, die aan de overkant lag, was iets minder mooi en volgens de reviews ontbrak het er aan gastvrijheid en faciliteiten. We hadden niet veel nodig en wilde ’s ochtends toch meteen weer terug naar Tifnit, dus besloten naar camping ‘Bakanau’ te gaan, die één derde van de prijs van de andere camping was. Het was een ervaring opzich, want de stugge en uitermate directe Franse eigenaar, het had zo een Westlandse tuinder kunnen zijn, had zijn ‘camping-regime’ tot op de puntjes uit gewerkt. Bij binnenkomst kregen we een keuzemenu van ‘pakketten’ op een Nederlands A4-tje. Nadat en we voor het ‘Liberté-pakket’ hadden gekozen, kregen we het volgende A4-tje met wat dit allemaal inhield. Het was net een loterij. We rekenden af met de beste man en volgden de borden met pijlen die ons naar het ‘Liberté-veld’ brachten, waar we zonder voorzieningen mochten staan en kwamen even bij van de show.
De dag daarna was een hele speciale dag, want we gingen Nynke ophalen van het vliegveld. Ze landde alleen pas tegen middernacht, dus de dag duurde héél lang. Gelukkig vermaakten we ons overdags in Tifnit en hadden we ’s avonds nog een behoorlijke planning. We moesten namelijk nog boodschappen doen en een luchtbed kopen voor Nynke. We hadden dit letterlijk tot het laatste moment uitgesteld, want we hadden geen zin om eerder al de stad in te gaan. Gelukkig zijn de winkels van de Westerse winkelcentra altijd tot laat open. Het was tot onze verbazing nog druk ook toen we om 22:30 de Decathlon uit liepen. Daarna reden we naar het vliegveld waar we nog een uurtje moesten wachten tot Nynke uit de deur van het vliegveld kwam lopen. De eerste minuten kon ik het gewoon niet geloven, maar het voelde meteen alsof we elkaar gisteren nog hadden gezien en kletsten de oren van elkaars hoofd.
Nynke in Marokko: Tifnit
Normaal doen we, zoals je ondertussen misschien wel doorhebt, zo min mogelijk aan planningen, maar omdat we Nynke een volledige ‘Marokko-experience’ wilde geven, hadden we voor deze week toch een klein plannetje gemaakt. De eerste bestemming was het schattige vissersdorpje Tifnit. Natuurlijk om te laten zien hoe de authentieke vissersdorpjes hier eruit zien en hoe de mensen leven, maar vooral natuurlijk voor de puppy’s. Zelfs Nynke, die normaal ietwat angstig is voor honden, vond ze meteen geweldig.
Daarna was het tijd voor een duik, want waar wij toch een beetje gewend zijn geraakt aan de warme temperaturen, was dat voor onze gast behoorlijk warm en dus moesten we even afkoelen in zee. Nijs houdt niet zo van het zwemmen in koud water (relatief natuurlijk, want het water is zeventien graden), maar Nyn wel, dus eindelijk had ik een ‘zwem-kameraad’ gevonden.
Nynke in Marokko: Tafraout
Die middag reden we naar onze volgende bestemming. Mocht je je afvragen hoe we met drie personen in een camper met maar twee stoelen kunnen reizen. De oplossing is vrij gemakkelijk: campingstoeltje ertussen en gaan! Geen politie-agent die ernaar omkijkt.
We zagen het landschap in een paar uur veranderen van vlak naar heuvelachtig en toen naar bergachtig. De prachtige route bracht ons langs mooie uitzichten. Ook voor Nijs en mij was deze omgeving nieuw, dus wij waren net zo verrast als Nynke.
Na vier uur onderweg te zijn geweest, kwamen we vlak voor zonsondergang aan in Tafraout. Op internet hadden we al het een en ander gelezen over deze plek, die ook wel ‘van-valley’ wordt genoemd. Tafraout ligt namelijk in een grote vallei waar ’s winters veelal Fransen en Italianen in hun camper naartoe komen om te overwinteren. Het resultaat is een grote ‘wildkampeer-camping’. Op voorhand waren we al enigszins sceptisch over een vallei waar iedereen z’n camper overal en nergens neerzette. Toen we de vallei in reden bleek het nog erger, we konden onze ogen niet geloven. Naast het stadje Tafraout was een heuze camperwijk herrezen. Letterlijk overal stonden minimaal acht meter campers met een schoteltje op het dak…
Tussen de camperwijkjes waren ommuurde stukken waar een ‘camping’ was en in eerste instantie wilden we op de camping gaan staan omdat Nynke in een tentje moest slapen, maar zelfs Nynke vond het belachelijk om te moeten betalen voor een ‘camping’ terwijl de hele vallei praktisch gezien een camping was. We besloten dus een plekje te zoeken aan de rand van ‘van-valley’ waar het nog rustig is. Toevallig vonden we een prachtig plaatsje naast mensen die we in Tafedna en Taghazout al eerder tegen waren gekomen. De camperplek was echt geweldig, een van de gaafste plekken ooit, en de heuvel waar de camper voor stond was één van de mooiste uitzichten over de vallei. Ergens moeten we die Franse en Italiaanse pensionado’s gelijk geven, want Tafraout is een klein paradijsje.
’s Avonds kregen we nog bezoek van een bakker die ons gebakjes wilde verkopen. We hadden niets nodig, want Nynke had stroopwafels meegnomen uit Nederland. We gaven hem een stroopwafel, geluksvogel, die hij zo goed vond smaken dat hij terugkwam. Achteraf kwam hij misschien niet alleen terug voor de stroopwafels, maar ook omdat hij een oogje had op Nynke. Hij scoorde alleen geen punten bij zijn ‘cherie’, want vergat de dag erna ons brood te brengen. Hij maakte het de dag erna goed met een serenade in Berber stijl op de gitaar.
Les Pierres Bleues
Al een tijdje terug ontmoetten we in Essaouira een bijzondere man. Op het eerste gezicht deed hij ons denken aan één van de vele Duitsers die hier de koude winter ontvluchten, maar we oordeelden te snel. Toen we met hem aan de praat raakten, ging zijn schatkist met verhalen uit zijn ‘hippie-tijd’ in Afrika en Marokko open. Zijn favoriete plek was ‘Les Pierres Bleues’, en tips van iemand die al sinds de jaren zeventig naar Marokko reist, daar doen we zeker wat mee. ‘Les Pierres Bleues’ is misschien wel even bijzonder als deze man. Het natuurkunstwerk is gemaakt door een Duitse kunstenaar die rotsformaties verschillende kleuren geschilderd heeft. Hiervoor kreeg hij, vraag me niet hoe, toestemming van de Marokkaanse regering en, vraag me al helemaal niet hoe, hulp van lokale brandweerlieden. Zo gaat het verhaal althans.
Maar voordat we naar deze bijzondere plek bezochten, stopten we onderweg even om, net zoals de Marokkanen, onder een boom in de schaduw te lunchen. Daarna verzamelden we takken voor het kampvuur van die avond, want in de omgeving van de camper was helaas niet zoveel te vinden. De yogamat bleek een perfecte manier om het hout mee te krijgen en de twee pyromanen wisten er wel raad mee.
‘Les Pierres Bleues’ waren, op het eerste gezicht, eerder wat misplaatst in de omgeving dan een echt kunstwerk. Maar toen we eenmaal voor de gekleurde rotsen stonden, begrepen we misschien waarom deze kunstenaar dit kunstwerk bedacht heeft. De gekleurde rotsformaties nodigen namelijk uit om ze te beklimmen en voor je het weet klim en klauter je als een kind over de gekleurde stenen op zoek naar nieuwe doorgangen en mooie uitzichtpunten.
We eindigden de dag met een bijzonder bezoekje aan een traditioneel ‘Berber-huis’ dat in het oude deel van het stadje Tafraout stond. De vriendelijke eigenaar van het huis woont hier al van jongs af aan al in het traditionele huis waar zijn familie al sinds de veertiende eeuw in huisvestte. We kregen een rondleiding en leerden ontzettend veel. Ik zou je graag alle details willen vertellen, maar dan wordt deze blog veel te lang. Één ding is zeker, we waren overdonderd door de levenswijze en ingenieuze uitvindingen om te overleven, wat je terug ziet in elk onderdeel van de bouw en inrichting van het huis.
Na de rondleiding was het tijd voor een thee, we zijn tenslotte in Marokko. Terwijl de ahden uit de minaret klonk, leerden we woorden in het Berbers met een heerlijk Marokkaans theetje in ons had. Nynke’s ‘Marokko-experience’ was nu al geslaagd.
Nynke in Marokko: Taghazout
De dag daarna tourden we terug naar Taghazout, waar we meer dan vier uur over deden. Máár, de lange reis was het helemaal waard, want ‘Desert Point’, onze favoriete plek, lag er weer geweldig bij. Het ‘chill-deel’ van Nynke’s vakantie kon beginnen. Surfen, zwemmen en kampvuurtjes maken.
’s Avonds sliepen Nijs en ik in het tentje. Nynke had de afgelopen drie nachten in de tent moeten slapen en, ondanks dat ze het niet erg vond, was het best wel koud geweest. Met z’n tweetjes was het wat warmer én Nijs vond het wel leuk om in de tent te slapen, dus Nynke had geluk en had de hele camper voor zichzelf. Wij sliepen als een roos en werden de volgende ochtend gewekt door de zwerfhonden die tegen de tent aan liepen.
De dag daarna was een heerlijke stranddag. We wandelden naar Aghroud, zwommen wel drie keer en gingen surfen bij ‘Camel Beach’. We deden nog een poging tot souvenirs kopen in Taghazout, maar afdingen was onbegonnen werk, dus we gingen weer terug naar het strand en genoten van het prachtige weer.
Nynke in Marokko: Agadir
De laatste dag voordat Nynke alweer naar huis moest begon iets anders dan dat we bedacht hadden. We moesten langs het ziekenhuis, omdat mijn ooglid ontstoken was geraakt door de laatste hechting die er maar niet uit ging. Het liefst had ik dit natuurlijk willen uitstellen tot de dag erna, maar Dr. Abire appte dat de hechting er meteen uit moest. Dus we moesten op zoek naar een ziekenhuis. Na drie klinieken vonden we eindelijk het goede privé-ziekenhuis. Ik ben dankbaar dat ik de keuze had om ditmaal naar een privé-ziekenhuis te gaan, want de ervaring van het publieke ziekenhuis wilde ik zowel mezelf als Nynke en Nijs niet nog eens aandoen. Het verliep gelukkig allemaal heel snel. Er werd gecheckt of ik verzekerd was en de ingreep meteen kon betalen, daarna moesten we een half uurtje wachten totdat de arts klaar was met de vorige operatie en toen was ik al aan de beurt. De arts sprak geen Engels en was redelijk hardhandig, maar gelukkig was Nynke erbij die met haar medische achtergrond alles goed in de gaten hield. Het deed behoorlijk veel pijn, maar met twee lieverds naast m’n bed viel het verder allemaal mee en voordat we het wisten waren we weer aan het strand met de lekkerste Marokkaanse hapjes.
Een vakantie in Marokko kan natuurlijk niet zonder bezoek te brengen aan de medina. Door heel het land vind je in alle grote steden prachtige medina’s, behalve in Agadir. Door een aardbeving in de jaren zestig van de vorige eeuw is de medina ingestort. Er is gelukkig wel een gigantische souk met dezelfde sfeer én vol met souvenirs, dus dat kwam goed uit, want we moesten natuurlijk voor de hele familie iets meegeven. Nynke’s talent voor afdingen kwam moeizaam op gang, maar toen ze eenmaal op dreef was, was ze niet meer te stoppen. We hebben ons rotgelachen en heel veel gekocht voor hele mooie prijsjes. Tenslotte sloten de vakantie af met een heerlijk ijsje bij N’Ice Rolls. Een luxe die Nijs en ik onszelf niet vaak veroorloven, maar Nynke had deze tip gekregen van een Marokkaans klasgenootje dus we moesten wel en vonden dat natuurlijk helemaal niet erg. We zouden de week erna nog drie keer teruggaan voor een ijsje
De ochtend daarna brachten we Nynke weer weg. Het waren vijf geweldige dagen die zeker weten tot de hoogtepunten van de reis behoren. Het was zo bijzonder om het prachtige Marokko en de cultuur met haar te kunnen delen en haar mee te nemen in ons heerlijke relaxte camperleventje. Wij maakten ons na Nynke’s vertrek klaar voor een kleine verhuizing, want volgende week geen ‘camper-life’, omdat de bus onder handen wordt genomen in Agadir. Je leest meer in de volgende blog.
Reactie plaatsen
Reacties